Terug naar insights

Biopartner 5 reduceert CO2-uitstoot

165 ton gebruikt staal, voormalige traptreden van leisteen als toilettegels en glazen kantoorwanden die vroeger dienstdeden in een Rijksgebouw: in Biopartner 5 is circulair bouwen tot norm verheven. Daarbij is het combinatiegebouw van kantoren en laboratoria ook al Paris Proof, omdat het zijn CO2-uitstoot tijdens de bouw met zo’n 40% wist te verminderen. Hoe een pact tussen ondernemersdrift en academici tot een duurzaam ecosysteem leidde.

Biopartner 5 is er vooral voor startende ondernemers in Leiden die actief zijn in de sector Health & Life Sciences. Denk aan studenten, PhD’s en spin-offs van de Universiteit Leiden. 70% van de bedrijven op het Leiden Bio Science park is gestart in Biopartner. Daarmee is Biopartner een aanjager van innovatie. Toch zitten er niet alleen starters in de gebouwen van Biopartner. De campus huisvest ook een gezond aantal volwassen bedrijven.

Energieneutraal labgebouw

Biopartner 5 bewijst hoe populair de mix van kantoren en labs is. Het complex verrijst slechts vijf jaar na de feestelijke opening van Biopartner 4. Daarbij is dit gebouw echt iets bijzonders. Het is het eerste energieneutrale labgebouw van Nederland. Het Sciencepark wil zich graag economisch ontwikkelen, maar wel op een duurzame manier. Daarom is de ambitie voor een energieneutraal gebouw uitgesproken. Maar ook om het gebied levendiger te maken, om inspiratie en positieve energie los te krijgen. Daarom was het zo mooi dat het idee om circulair te bouwen al snel volgde.

Hergebruik materialen

Leiden en het Sciencepark bieden de juiste omgeving om op academisch niveau over circulariteit na te denken en om die ideeën vervolgens in de praktijk te brengen. Daar is ondernemersgeest voor nodig. En die ondernemersgeest is er. In Leiden en op de campus, zijn geregeld events waar het over verduurzamen en science gaat. Wat ook hielp was dat het Gorleaus Gebouw van de universiteit werd afgebroken. Uit dit laboratoriumgebouw uit de jaren ’70 werd een schitterende stalen structuur van 165 ton gehouwen wat de kans gaf om circulair te bouwen.

De 165.000 kilo staal vormt nu het zichtbare, circulaire skelet van Biopartner 5. In de nieuwbouw zijn ook veel andere materialen hergebruikt. Denk aan met puin gevulde schanskorven die een low-tech groene gevel vormen en oud KPMG-toiletten die hier een nieuw leven krijgen.

Paris Proof

Hergebruik én het reduceren van materialen (er is 2.000 m2 verlaagd plafond weggelaten in het kantoorgedeelte) heeft geleid tot een spectaculaire CO2-reductie in het bouwproces. De MPG van het gebouw is 40% lager dan de norm, ínclusief de zonnepanelen die zijn gebruikt om Biopartner 5 energieneutraal te maken. En als je weet hoe milieubelastend de productie van zonnepanelen is, dan kun je nagaan hoe groot de CO2-reductie is. In ieder geval zo veel dat Biopartner 5 uitkomt op een EPC van -0,57, waarmee het nu al Paris Proof is.

Duurzaam concept

Naast de circulaire toepassingen presteert Biopartner 5 ook uitzonderlijk op het gebied van energieverbruik. Het gebouw wordt energieneutraal. Naast de installaties voor de kantooromgeving zijn hierin ook de basisinstallaties voor de laboratoria inbegrepen, zoals koeling, verwarming en luchtbehandeling. Deerns is verantwoordelijk voor het ontwerp van de installaties, bouwfysica en advies op het gebied van duurzaamheid. Door die lab-installaties vraagt dit gebouw veel meer energie dan een kantoorgebouw. In de eerste plaats is de energievraag zoveel mogelijk beperkt, onder meer door extra te isoleren en door slim te ontwerpen. De laboratoria zijn bijvoorbeeld dicht bij luchtbehandelingskasten geplaatst om het energiegebruik voor luchttransport te minimaliseren. Daarnaast wordt er gebruikgemaakt van hoogrendement-systemen voor de luchtbehandeling en is voorzien in een warmtepomp. Zonnepanelen zorgen voor opwekking van de overige energie.

Het bereiken van energieneutraliteit voor dit gebouw is een proces van “veel in gesprek zijn met elkaar en tussendoor sommen maken hoe je op ‘nul’ uitkomt”. “Je hebt invloed met de vorm van het gebouw en met de oriëntatie: een heel compact ontwerp dat niet te hoog is. Daarmee creëer je voldoende dakoppervlak en bezonning. Een groot deel van je energie komt immers van de zonnepanelen. Die integrale aanpak maakt een gebouw echt duurzaam. Circulariteit, energieneutraliteit en biodiversiteit lijken losse eenheden, maar ze hebben één belangrijk ding gemeen: het zijn instrumenten waarmee je zoveel mogelijk CO2-reductie kunt realiseren.